En volgens mij het beste recente krantenartikel over deze plaagmier.
Volledige titel:
Bruine mier is al in Gent
Enorme kolonies geven overlast
Auteur(s):
Hester van Santen
Gepubliceerd in:
NCR Handelsblad
Artikel:
Rotterdam, 4 dec. De drie millimeter grote tuinmier verspreidt zich over Europa. Zijn enorme kolonies zullen binnenkort ook in Nederland andere insecten gaan verdringen.
De invasieve bruine tuinmier Lasius neglectus, afkomstig uit het Midden-Oosten, is bijna bij de grens. In Gent is het insect al gesignaleerd, net als in Frankrijk en Duitsland. En ook Nederland gaat er binnenkort kennis mee maken, doet een artikel over de mier vermoeden dat gisteren verscheen in het wetenschappelijke tijdschrift PLoS One. „Verdere verspreiding in gematigde klimaten lijkt onvermijdelijkâ€, schrijven biologen die een onderzoek naar de mier deden.
Lasius neglectus – een Vlaamse mierenatlas noemt de soort simpelweg de ‘plaagmier’ – is met zijn drie millimeter lichaamslengte niet groot, en het insect is evenmin erg agressief. Maar de grote, dichte kolonies die de mier vormt, en de vraatzucht van al die mieren bijeen, zorgen er wel voor dat hij andere mieren- en insectensoorten verdringt. „Toen ik de mier voor het eerst zag, kon ik echt niet geloven dat er zo veel tuinmieren op hetzelfde grasveld zatenâ€, zegt de Nederlandse evolutiebioloog prof. Koos Boomsma, medeontdekker van de mier, in een persbericht. De miertjes – klein en bruin – zullen in lange rijen huizen binnendringen op zoek naar voedsel.
Boomsma, die hoogleraar is aan de Universiteit van Kopenhagen herkende de mier in 1990 in Boedapest als een nieuwe soort. Op dat moment had het beest zich al over een hele stadswijk verspreid. Het dier leefde in de stad al sinds de jaren zeventig in een boomkwekerij, maar niemand had gezien dat de soort in Europa onbekend was – vandaar dat het dier uiteindelijk neglectus gedoopt werd, de verwaarloosde.
Sinds 1990 ging het echter snel. De mier is inmiddels op 108 plaatsen waargenomen, vooral in Europa maar ook in Kirgizië, Iran en Oezbekistan. Een spoor van kolonies strekt zich uit door parken en bouwplaatsen, vanaf de Bosporus richting Duitsland. Veel nieuwe waarnemingen van dit jaar komen uit Frankrijk. Oorspronkelijk komt de plaagmier uit Turkije en omstreken, waar zijn naaste verwant L. turcicus leeft.
„Mensen verspreiden ze in potplanten tijdens bouwprojecten en tuinierswerkâ€, mailt onderzoeker dr. Sylvia Cremer, die aan de Universiteit van Regensburg in Duitsland werkt. In haar artikel, geschreven met collega’s van de Universiteit van Kopenhagen, concludeert ze dat L. neglectus veel gemeen heeft met andere invasieve mierensoorten. Hij heeft daarmee de juiste eigenschappen om zich als plaag verder te verspreiden.
Bij de meeste mieren vliegt de mierenkoningin uit, op zoek naar (gevleugelde) mannetjes van een andere kolonie om zich mee voort te planten. Plaagmieren doen dat anders, legt de Duitse ecoloog Cremer uit. „Plaagmieren hoeven hun partner niet in een ander nest te vinden. Ze kunnen intelen.â€
De mieren paren binnen de kolonie, zodat nieuwe populaties zich simpelweg afsplitsen van oude. „Dat is een levensgroot voordeel als je de pionier bent in een nieuw gebied.†Koloniseren gaat dus veel sneller. Neglectus-mieren van verschillende kolonies vallen elkaar ook niet aan – ze ruiken waarschijnlijk ook hetzelfde, ontdekte Cremer. In hun oorspronkelijke leefgebied zorgt die eigenschap niet voor overlast, omdat de mieren in toom werden gehouden door parasieten. Maar de invasieve mier is daar nu van verlost.
Cremer waarschuwt dat het tijd wordt om Lasius neglectus in toom te krijgen. „Potgrond moet goed gecontroleerd worden, anders is het te laat om nog van de mier af te komen.â€
De verspreiding van de mier is te volgen op http://www.creaf.uab.es/xeg/Lasius/
Webadres:
http://www.nrc.nl/wetenschap/article208 ... al_in_Gent
Volledige titel:
Bruine mier is al in Gent
Enorme kolonies geven overlast
Auteur(s):
Hester van Santen
Gepubliceerd in:
NCR Handelsblad
Artikel:
Rotterdam, 4 dec. De drie millimeter grote tuinmier verspreidt zich over Europa. Zijn enorme kolonies zullen binnenkort ook in Nederland andere insecten gaan verdringen.
De invasieve bruine tuinmier Lasius neglectus, afkomstig uit het Midden-Oosten, is bijna bij de grens. In Gent is het insect al gesignaleerd, net als in Frankrijk en Duitsland. En ook Nederland gaat er binnenkort kennis mee maken, doet een artikel over de mier vermoeden dat gisteren verscheen in het wetenschappelijke tijdschrift PLoS One. „Verdere verspreiding in gematigde klimaten lijkt onvermijdelijkâ€, schrijven biologen die een onderzoek naar de mier deden.
Lasius neglectus – een Vlaamse mierenatlas noemt de soort simpelweg de ‘plaagmier’ – is met zijn drie millimeter lichaamslengte niet groot, en het insect is evenmin erg agressief. Maar de grote, dichte kolonies die de mier vormt, en de vraatzucht van al die mieren bijeen, zorgen er wel voor dat hij andere mieren- en insectensoorten verdringt. „Toen ik de mier voor het eerst zag, kon ik echt niet geloven dat er zo veel tuinmieren op hetzelfde grasveld zatenâ€, zegt de Nederlandse evolutiebioloog prof. Koos Boomsma, medeontdekker van de mier, in een persbericht. De miertjes – klein en bruin – zullen in lange rijen huizen binnendringen op zoek naar voedsel.
Boomsma, die hoogleraar is aan de Universiteit van Kopenhagen herkende de mier in 1990 in Boedapest als een nieuwe soort. Op dat moment had het beest zich al over een hele stadswijk verspreid. Het dier leefde in de stad al sinds de jaren zeventig in een boomkwekerij, maar niemand had gezien dat de soort in Europa onbekend was – vandaar dat het dier uiteindelijk neglectus gedoopt werd, de verwaarloosde.
Sinds 1990 ging het echter snel. De mier is inmiddels op 108 plaatsen waargenomen, vooral in Europa maar ook in Kirgizië, Iran en Oezbekistan. Een spoor van kolonies strekt zich uit door parken en bouwplaatsen, vanaf de Bosporus richting Duitsland. Veel nieuwe waarnemingen van dit jaar komen uit Frankrijk. Oorspronkelijk komt de plaagmier uit Turkije en omstreken, waar zijn naaste verwant L. turcicus leeft.
„Mensen verspreiden ze in potplanten tijdens bouwprojecten en tuinierswerkâ€, mailt onderzoeker dr. Sylvia Cremer, die aan de Universiteit van Regensburg in Duitsland werkt. In haar artikel, geschreven met collega’s van de Universiteit van Kopenhagen, concludeert ze dat L. neglectus veel gemeen heeft met andere invasieve mierensoorten. Hij heeft daarmee de juiste eigenschappen om zich als plaag verder te verspreiden.
Bij de meeste mieren vliegt de mierenkoningin uit, op zoek naar (gevleugelde) mannetjes van een andere kolonie om zich mee voort te planten. Plaagmieren doen dat anders, legt de Duitse ecoloog Cremer uit. „Plaagmieren hoeven hun partner niet in een ander nest te vinden. Ze kunnen intelen.â€
De mieren paren binnen de kolonie, zodat nieuwe populaties zich simpelweg afsplitsen van oude. „Dat is een levensgroot voordeel als je de pionier bent in een nieuw gebied.†Koloniseren gaat dus veel sneller. Neglectus-mieren van verschillende kolonies vallen elkaar ook niet aan – ze ruiken waarschijnlijk ook hetzelfde, ontdekte Cremer. In hun oorspronkelijke leefgebied zorgt die eigenschap niet voor overlast, omdat de mieren in toom werden gehouden door parasieten. Maar de invasieve mier is daar nu van verlost.
Cremer waarschuwt dat het tijd wordt om Lasius neglectus in toom te krijgen. „Potgrond moet goed gecontroleerd worden, anders is het te laat om nog van de mier af te komen.â€
De verspreiding van de mier is te volgen op http://www.creaf.uab.es/xeg/Lasius/
Webadres:
http://www.nrc.nl/wetenschap/article208 ... al_in_Gent