Atta laevigata is een bladsnijder uit zuid-Amerika die onder andere leeft in de Braziliaanse "Cerrado". Atta laevigata maakt de diepste nesten met de meeste kamers van alle Atta soorten (Lori Lach, C. L. (2010). Ant Ecology). Deze nesten kunnen tot wel 8000 kamers groot zijn, deze zijn dan echter niet allemaal gevuld met een schimmeltuin. Soms worden er kamers 7 meter onder de grond gemaakt en zijn er ondergrondse tunnels van 70 meter naar de "jachtgrond". De majors zijn vrij duidelijk te herkennen aan de grote, felrood glimmende kop. De gynes zijn, voor mij tenminste, lastig te determineren. Ik heb veel gezocht, maar ik kom geen determinatie tabel tegen voor de soort, of überhaupt Atta soorten uit Zuid-Amerika. Op internet zijn foto's te vinden van echt rode gynes, maar ook van "normale" bruin gekleurde gynes. Mijn gyne is bruin, met een rood hoofd. Kleur kan natuurlijk verschillen binnen een soort, en is dus ook niet de basis van een goede determinatie. De verkoper heeft mij gegarandeerd dat het Atta laevigata betreft. We zullen er achter komen zodra de eerste major geboren word, wat nog wel even zal duren
Ik heb deze koningin nu een tijdje, en heb besloten een blog te maken omdat de kans op falen aanzienlijk is afgenomen. Ondertussen zit de koningin op een leuk balletje schimmel, ongeveer 3cm doorsnede. Ook word ze vergezeld door 25-30 werksters, waarvan er nu ook al 3 echt groter zijn dan de eerste foeragerende werksters. Sinds ~2 weken word er groen plantaardig materiaal gesneden. Hiervoor werd er alleen schimmel verbouwd op bloemblaadjes (Forsythia en Mahonie), dat was nog best lastig. Op den duur begonnen ze ook de groene "schilletjes" van de Forsythia bloemen mee te nemen, gevolgd door jonge beukenblaadjes, welke nog steeds zeer geliefd zijn.
vragen en opmerkingen
Hieronder wat foto's van 18 april, na de enige verhuizing tot nu toe. Ze zijn gemaakt door een plastic bekertje, vandaar de vaagheid en condens.
Je hebt niet voldoende permissies om de bijlagen van dit bericht te bekijken.