Zojuist (voorjaar 2011) heb ik een groter horizontaal Ytong formicarium gemaakt. Hierin is een aantal verbetering doorgevoerd.
De foto's in dit verslag zijn afkomstig van verschillende nesten. Misschien verwart dit. In de tekst wordt uitgelegd wat er gewijzigd is en wat mij het beste is bevallen.
Nestvorm
Ik heb gekozen voor een horizontaal nest. Dit heeft als voordeel dat nestkamers met beperkte hoogte goed zichtbaar zijn, dat het nest stabiel staat en dat de buitenwereld gemakkelijk naast het nest op hetzelfde Ytongblok gezet kan worden.
Voor echt grote kolonies wil ik een ander formicarium maken, een in een aquariumbak. Wanneer ik een formiquarium* bouw, zal ik hiervan verslag doen. Dit zal niet binnenkort zijn.
(*Ik heb de term formiquarium bedacht voor een formicarium in een aquarium.)
Bevochtiging
Sommige Ytong-nesten op dit forum worden bevochtigd door waterreservoirs in het Ytong zelf, andere door een (uitgefreesd) deel van het Ytong in een bakje met water te plaatsen. Ik vond beide methoden rommelig en zocht naar andere oplossingen. Geïnspireerd door systemen om kamerplanten te bevochtigen ben ik gaan experimenteren. Ytong heeft een zuigende werking op water, hiervan wordt gebruikgemaakt bij bevochtiging door lamellen in een waterbakje. Zo kwam ik op het idee om een strook textiel vanuit een reservoir het Ytong te laten bevochtigen.

De donkere plek is vochtig. Dit experiment is daarrmee geslaagd.
Door meer proberen ben ik erachter gekomen dat een dikke katoenen draad voldoende is om te bevochtigen. Ik had toen al een sleuf in alle nesten gefreesd.

Bevochtiging van een klein formicarum.
Ingang
Oorspronkelijk had ik als ingang een tunnel geboord van de bodem van de buitenwereld naar het begin van het nest. De mieren vonden dit fantastisch, en zaten met z'n allen in deze tunnel waardoor ik ze niet meer kon zien. De plastic bakjes die ik als buitenwereld gebruikte, kon ik niet goed laten aansluiten op het nest. Dit is opgelost door andere buitenwerelden te gebruiken. Met een goed aansluitende (glazen) buitenwereld is het mogelijk geen tunneltje te gebruiken, maar door goede afdichting de nestruimte onder het glas direct over te laten gaan in buitenwereld.
De ingang kan erg klein zijn. Een grotere nestingang is alleen voor Cataglyphis sp., Messor sp. en Aphaenogaster sp. nuttig, omdat zij prooien het nest in slepen. Dat Lasius niger ook prooien het nest in sleept, geldt alleen voor specifieke koloniegroottes. Bij het laaste nest heb ik als experiment een grote hoofdingang gemaakt met daarachter een kleinere doorgang naar de rest van het nest.
Buitenwereld
Oorspronkelijk had ik op de eerste nesten een transparant LDPE (flexibel plastic) bakje als buitenwereld. Deze vond ik echter niet mooi. In combinatie met het probleem met de zichtbaarheid van de ingang, heb ik deze in de kleine nesten vervangen door een buitenwereld van vier glasplaatjes. Deze glasplaatjes heb ik op maat laten snijden en heb ik met siliconenkit aan elkaar gemaakt. Dit vereist tijd en wat handigheid. Op de silicone naden houdt Fluon niet. Voor het laatste nest heb ik gekozen voor een polystyreen bakje van Ter als buitenwereld. Ik heb de bodem uit het bakje gezaagd en het bakje op zijn kop geplaatst. Dit ziet er mooi uit, is veel makkelijker dan zelf iets maken van glas en werkt ook met een zichtbare ingang. Het bakje heeft namelijk een brede bovenrand. Op zijn kop geplaatst, ligt deze strak tegen de glasplaat aan.

Buitenwereld op het grote formicarium.
Nestruimte
Afdekplaat van ongeslepen glas gebruikt. Als je een beetje oppast, kan dat best. Als je je vinger langs de plaat haalt, ligt-ie goed open.
Bij het bekijken van wat recente (verticale) nesten, viel me op dat de kamers een zekere verhouding hebben. Ik heb van XToF begrepen dat mieren zich niet zo thuis voelen in relatief hoge kamers. In combinatie met de gewenste zichtbaarheid, leidt dit tot lage kamers met een glasplaat als plafond, als voor de mieren prettige en voor de nestinhoud efficiënte vorm. De kamers zijn hoog genoeg voor een koningin, zo'n vier milimeter.
Ik gebruik Bison siliconenkit voor glas. Op de vier hoekpunten een klein beetje kit is voldoende. De bovenkant van het Ytong is erg vlak. De glasplaat sluit daardoor goed. Siliconekit plakt erg goed, ik verwacht de glasplaten er niet meer af te krijgen. Het is tevens transparant. (De glasplaten zijn her te gebruiken door ze met een plamuurmes van het nest los te steken. Het nest is dan stuk.)
Constructie
Dit is het ontwerp voor de kleine nesten, die ik eerst gemaakt heb. Ik heb later verbeteringen aangebracht in het ontwerp.

Rood zijn siliconerupsen voor het vastmaken van de buitenwereld.
Blauw zijn kleine beetjes silicone. De bovenkant van het Ytongblok en de glasplaat zijn zo vlak, dat dit sluit.
Het groene is de in- en uitgang. Waar het groene het rode kruist, moeten de buitenwereld en de glasplaat van het nest goed op elkaar aansluiten. Met de eerste plastic bakjes werkte dat niet.
Ytong
Ik ben begonnen met blokken Ytong van 20 x 50 x 60 cm. Voor de kleine nesten heb ik deze blokken in vieren gezaagd. Dit kan met een houtzaag. Voor het grote nest heb ik zo'n blok in zijn geheel gebruikt. Op de foto staat een plastic bakje dat ik als eerste als buitenwereld gebruikte.

Ytong kost bijna niets.
Gereedschap

Een goedkope houtfrees werkt prima.


Hiermee gaat het gebeuren. De kleefviltjes rechts zijn voor onder de formicaria.

Ik heb een mal van karton gemaakt (niet afgebeeld) om alle nesten snel en netjes te kunnen aftekenen.
Van het frezen zelf zijn uit praktische overwegingen geen foto's. Ik heb de frees ingesteld op een diepte van drie of vier millimeter. Meer is niet nodig. Ik heb met potlood op het blok getekend wat ik weg moest frezen. Hierbij heb ik minstens een centimeter afstand gehouden tot de rand van het blok om ontsnapping te voorkomen.

Stof van het bewerken van Ytong is schadelijk bij inademenen. Daarom draag ik een stofmasker. Verder draag ik een bril tegen wegspringende stukjes, en oordoppen.
Afwerking
Het fijn stof van het bewerken van Ytong is niet alleen schadelijk voor mensen, ook voor mieren. Ik heb de nesten daarom grondig afgespoeld na bewerking.

Dit is de ultieme test.
Kleur
Als versiering heb ik de binnenkant van de nestruimte gekleurd met gele oker (gehydrateerd ijzer(III)oxide), bijvoorbeeld te koop in een knutselwinkel.

Dit is een proefstukje.

Water erbij en verven maar.
Verbeteringen
Op een aantal punten heb ik deze nesten verbeterd.
De opening voor het water kan kleiner nu gebleken is dat een enkele draad voldoende is.
Door kunststof pootjes te gebruiken in plaats van vilt, zal er minder water de tafel op lopen. Het vilt wordt namelijk een beetje nat.
Er zou dunner Ytong gebruikt kunnen worden; de hoogte is niet meer nodig voor het waterbakje eronder. De treksterkte van Ytong is laag, de kans op breken wordt dus wel flink groter.
Voor mijn kolonie Formica fusca, die in een nogal druk nest woonde, heb ik een groter nest gemaakt.

Het oude nest aangesloten voor verhuizing.
Met dank aan Ben voor de glasplaat voor het nieuw nest.
Voor het grote formicarium was de siliconekit op. Voor de buitenwereld is daarom een lijmpistool gebruikt. Op het glas werkte dit niet, daar is secondelijm voor gebruikt. Het nadeel van een lijmpistool is dat je het te lijmen voorwerp op de plaats moet hebben gedrukt voordat de lijm is afgekoeld.
Als experiment heb ik er een watje ingedaan. Ik verwacht dat de mieren dit er binnen drie weken uit hebben.
Ik heb de eerste kamer diep genoeg voor een Blaptica dubia gemaakt. Hierna heb ik een veel kleinere doorgang gemaakt, met een slalom erin.
Groot formicarium


Verhuizing

Een kartonnen 'brug' verbindt de buitenwerelden.

De eerste bewoners van het nieuwe nest. Let op de diepere eerste kamer.


Om de laatste hardnekkige bewoners te overtuigen heb ik een nieuwe brug in elkaar gelijmd en een felle lamp op het oude nest gezet.